Methoden en voorbeelden
basisschool

Methoden voor basisschool. Sommige boeken zijn van zo lang geleden dat ze gevoeglijk ook bij geschiedenis zouden hebben kunnen staan.

Aafjes, S.
Voor Kleine Teekenaars. Teekenboekjes voor Fröbel- en aanvangsklassen
Van Goor, Den Haag
De methode bestond uit drie deeltjes.

Altera, J.
Leerplan voor het tekenonderwijs op de lagere school der Nederlandse vereniging voor tekenonderwijs
Noordhoff, Groningen 1940
Deel 1 Historisch en Psychologisch gedeelte verscheen in 1938, deel 2 Didactisch gedeelte in 1940. Ook samen in een band uitgegeven.
In 1941 verscheen het leerplan ook in een beknopte uitgave. Daarin zijn de uitgewerkte lessen met het rijke illustratiemateriaal niet opgenomen. Wel zijn 80 vragen toegevoegd. In 1948 verscheen de tweede druk van de gezamenlijke volledige uitgave

Bosch, Katja, Marleen van Wolferen
Blokboek tekenen
Kinheim, Sleeuwijk 1999
Vijf delen (groep 4-8) met kunstbeschouwelijke en praktijkopdrachten op tekenpapier. Bedoeld voor individueel gebruik door leerlingen.

Bakhuizen van den Brink, C., W. van Leusden
Handleiding bij het teekenen op de lagere School
Nijgh en Van Ditmar, Rotterdam 1927 (287 blz)
Voorafgaand aan de methodiek en de lesvoorbeelden gaat het over de schoolsituatie toentertijd, de geschiedenis van het tekenonderwijs en de toen moderne pedagogische richtingen. Veelvuldig is gebruik gemaakt van het werk en de afbeeldingen uit het boek van Kerschensteiner. Bij de methode hoort onder andere een doos met diersilhouetten die in een gleuf op een houten blokje gezet werden. Met tienjarigen werd begonnen met "plaattekenen". Verder kende men vrij tekenen, natuurtekenen, illustratief tekenen, ornamenttekenen, geheugen tekenen, dictaat-tekenen, illustratief tekenen, bordtekenen en lijntekenen.
Bakker, S.P., C.L. Bruist
Teekenoefeningen voor de lagere school
Mijs, Tiel 1890
Handleiding Teekenboek 1-12. Nieuwe serie: Teekenboek 1-10
Bentheim, J., L.F. Lanckneus
Methodisch tekenen op de lagere school. Voor de eerste drie graden der lagere school en der oefenklassen toegevoegd aan de normaalscholen en voor de voorbereidende afdelingen der middelbare scholen
De Passer, Gent 1948
Boer, Erik de, Annelies Maarse, Jean Welling
Goemboek. Musische vorming voor de middenklassen
Meulenhoff Educatief, Amsterdam 1974
Geschreven vanuit een opvatting dat vrije expressie achterhaald is. Expressie moet geleid worden. Elke les opent met een centraal thema. Daarna komen opdrachten voor tekenen, handenarbeid, taal, muziek of drama. Goems zijn vreemde wezentjes. Naast een boek voor leerlingen (62 blz) is er een docentenhandleiding (30 blz).
Bos, R., C.H. Steenbeek
Nieuwe Teekenschool. Handleiding bij het teekenonderwijs op de lagere school, eerste deel
Noordhoff, Groningen 1904 (123 blz)
De tekst is van Bos, de tekeningen en afzonderlijk verkrijgbare wandplaten zijn van Steenbeek. Het boekje begint met een paar bladzijden geschiedenis. Dan is er een hoofdstuk over het vrije tekenen van jonge kinderen (naïef tekenen), en vervolgens begint de methode.
Boudry, Caroline, Michel Vandenbroeck
Gepeuter. Een handboek over creatieve activiteiten met peuters
SWP, Utrecht 1995 (128 blz)
Een verzameling activiteiten die met jonge kinderen gedaan kunnen worden. Het is vooral een techniekenboek.
Broeders, John
Het teekenen in opvoeding en onderwijs
De Sikkel, Antwerpen 1933 (134 blz)
"Ten dienste van lagere scholen, middelbare scholen en normaalscholen" schreef Broeders, schoolopziener in Antwerpen erbij. Het is een boek met veel oefeningen en voorbeelden, les voor les. In 1944 verscheen de vierde (nagenoeg ongewijzigde) druk van het boek.
Brookes, M.
Tekenen met kinderen. Unieke cursus in het ontwikkelen van de creativiteit
Bigot en van Rossum, Baarn 1988 (233 blz)
Iedereen kan tekenen, vooropgesteld dat hij de vijf elementen waaruit alle objecten zijn samengesteld wil herkennen: punt, cirkel, rechte, gebogen en hoeklijn. Stap voor stap instructies.
Brouwer, A. de
Vorm en kleur
Zomer en Keuning, Wageningen 1968 (230 blz)
Suggesties voor beeldende activiteiten met kinderen van de basisschoolleeftijd. De opdrachten worden wel gemotiveerd. Vooral handenarbeidtechnieken.
Cortel, T.
Beeldend werken met kinderen
Vermande Zonen, Ijmuiden 1977 (312 blz)
Het geheel herziene "Beeldend werken met jonge kinderen". Dit gaat over het beeldend werken met kinderen van vier tot dertien jaar en is dus eigenlijk een nieuw boek.
Devonshire, H., H. Pluckrose
Spelenderwijs tekenen en schilderen. Materialen, technieken, vaardigheden
Cantecleer, de Bilt 1991 (95 blz)

Dijck, J. van
Hoe leer ik teekenen? Teekenvoorbeelden voor school en huis
Van Looy en Sijthof, Amsterdam en Leiden 1900
Drie boekjes. 1e reeks (rechte lijntjes) 2e reeks (gebogen lijntjes) 3e reeks (doorzichtkunde, spiegel- en schaduwbeelden).

Duyvendijk, P. van
Hoe teken je..?
Samsom, Alphen aan den Rijn 1947
Het doel van de methode is een systematische leergang voor het ontstaan van een goede schets-, teken- en kleurtechniek.In plaats van kopieën te maken moet het accent verlegd worden naar kinderlijk initiatief. Uit de boekjes blijkt dat het gaat om voortekenen op het bord en dan natekenen.
De methode bestond uit zes deeltjes
Eucker, Johannes (red.)
Kunst-Stücke 4
Klett, Leipzig 1995 (48 blz) Duits
Beeldbeschouwing en ook een aantal opdrachten die daaruit voortkomen voor leerlingen van groep zes van de basisschool. Het is een leerlingenboekje en de teksten zijn navenant. Veel illustraties.
Funcke, J.
Kunstpedagogie in voorbeelden voor het onderwijs
Der Pelikan, Hannover 1975 (42 blz)
Een aantal technieken uitgewerkt in lessen voor basisschool en vo.
Geyter, M. de
Nieuwe tekentechnieken
Malmberg, 's-Hertogenbosch 1969 (74 blz)
Een typisch techniekenboek waarin het niet gaat om de inhoud van de tekening maar om de uitnodigende nieuwe techniek waarmee de leerling werkt. Veel soorten stempelwerk, wasco met schoensmeer, sjabloneren,collage en dergelijke.
Greeven, J., W. Jungschleger
Tekenen is een wereldtaal
Versluys, Amsterdam 1946
De methode bestaat uit afzonderlijke boeken met daarin veel didactische aanwijzingen bij de lessen. De kinderen leren bepaalde vormen (mensen, houdingen, voorwerpen, architectuur en dergelijke) tekenen in verder vrije uitbeeldingen.Deel I, II, III, IV met telkens 20-40 lessen voor de klassen 1 t/m 8. Deel IV verscheen ook in een RK-uitgave (1952).
Hagenaars, P., L. Melis
In beeld brengen
Dijkstra, Zeist 1978
Een methode voor tekenen, handenarbeid en textiel. Zes kartons met daarin telkens drie (te,ha,tex) handleidingen voor de docent. Goed voorbereide lessen (25) voor elk vak met aanwijzingen voor introductie, instructie, begeleiding en evaluatie.Veel voorbeelden van leerlingenwerk erbij. De thema's van de lessen worden ontleend aan de hoofdcategorieën: Mens, Cultuur en Natuur. Veel aandacht wordt besteed aan de beeldaspecten en aan beeldende technieken. Voor de leerlingen in elk karton nog vijf gelijke boekjes met foto's en afbeeldingen om het kijken te stimuleren. Een uitstekende methode die echter door de onhandige verpakking (duur) minder gewild was. .
Hanegem, Jan van, Ben de Reu
Tekenwerkplan
Wolters Noordhoff, Groningen 1978
Het werkplan bestaat uit een beschrijving van lessen opgebouwd volgens de principes van de Didactische Analyse. Aan de orde komen: materialen, technische verwerking, inleiding, instructie, (soms) evaluatie. De delen beginnen met een inleiding en een beschrijving van de opzet. Dan volgt een lijst van kernwoorden en suggesties voor gecombineerde klassen. Voor elk leerjaar (6-12 jarigen) zijn 48 lessuggesties opgenomen. Bij de lessen worden summiere aanwijzingen gegeven voor inleiding en instructie.Veel gebruikte materialen en basistechnieken komen systematisch aan de orde, in opklimmende moeilijkheidsgraad. Het tekenwerkplan is opgezet volgens een bloksysteem, waarbij elk blok bestaat uit drie of vier lessen met één bepaald materiaal.
Heuninckx, J.
Gradueel tekenen en schilderen
Van Langenhuysen, AmsterdamAmsterdam 1957 (260 blz)
Een handleiding voor primair en voortgezet onderwijs en voor de pabo. Iets over de geschiedenis van het tekenonderwijs, de ontwikkeling van het beeldend vermogen, over waarnemings-, versierings-, verbeeldings- en meetkundig tekenen. Een methode die zegt te steunen op de evolutie van het kindertekenen. met 5000 tekeningen. De methode lijkt het moderne broertje van die van Broeders Teekenen. Beide auteurs waren inspecteur plastische kunsten.
Hulsman, S., N. Wilders
Zoveel kinderen, zoveel beelden. Beeldend werken met meisjes en jongens in een kleutergroep
SKVA, Amsterdam 1991 (60 blz)
Een tiental activiteiten, voorafgegaan door een beschouwing over het beeldend werken met kleuters en over de methodische aanpak.
Jong Hzn., J. de, J. de Jong Czn.
De beginselen van het natuurteekenen
Honig, Utrecht 1894 (115 blz)
Beide auteurs waren toentertijd leraren aan een HBS. Het boek is voor het primair en voortgezet onderwijs. Het geheel heeft veel weg van wat later beschrijvende meetkunde genoemd zou worden.
Jong, L. de, H. Mooi, L. van Oordt
Spelend werken. Tekenen, handenarbeid, textiele werkvormen met kinderen
Cantecleer, de Bilt 1958
Koppers, Paul, Willebrord de Winter
Tekenvaardig voor de basisschool
Bekadidact/Cantecleer, de Bilt 1982
Voorafgaand aan de methode is het handboek voor de leraar (192 blz). Een voorloper van dit handboek was het eerder verschenen Tekenen, laten of leren van dezelfde schrijvers.
De methode groeide in de loop der jaren met een verzameling afzonderlijke ideeënboekjes die elk tekenlessen bevatten voor de drie verschillende leeftijdsgroepen, 4-5-6, 7-8-9, 10-11-12. Er waren boekjes over Vorm, Compositie 1,2, Ruimte 1,2, Natuur 1,2, Kleur 1,2,3, Contrast Licht 1,2, Feest, Fotografiek. Daarnaast waren er ook boekjes voor Handvaardig en voor Textielvaardig.
Krabbé, Maarten
Verborgen mogelijkheden. Een nieuwe systematiek bij het tekenen op de lagere school
Sijthoff, Leiden 1958
De methode bestaat uit verschillende delen. Deel A is de theoretische inleiding tot een nieuwe manier om de creativiteit van kinderen te wekken (126 blz). De onderbouwing van de methode is zeer degelijk. Deel B bevat de klasseboeken I-VI voor de onderscheiden leerjaren. Daarin staan de eigenlijke lessen, weer vergezeld van veel didactische aanwijzingen. Deel C (240 blz) gaat over materialen en technieken. Daarin onder andere ook "mogelijkheden van klei, gips en cement". Verder waren er nog D tekenschriften met daarin reproducties naar kunstwerken, E zes mappen met in elke map 50 reproducties voor kunstbeschouwing. In F staan examenvragen voor het kweekschoolexamen over de methode.
Lam, J.D. 't, W. v. Ringelestein, J. v.d. Zouwen
Kijk, als je tekent zie je meer. Een handleiding voor de onderwijzer
NOT, Den Haag 1963 (36 blz)
Suggesties voor een didactiek van tekenen voor de basisschool. In de televisielessen worden leerlingen geactiveerd tot creatief werken met tekenmateriaal. Het boekje geeft de verantwoording hiervan. Tevens staan er tien lessen in uitgewerkt.
Leeflang, A., W. Hardenberg
Het natuurlijk teekenvermogen ontwikkeld. Teekenmethode voor de Lagere School
Wolters, Groningen 1933 (88 blz)
48 bladzijden tekst en 40 met afbeeldingen. De tekst geeft een verantwoording van de opgaven. De opgaven zijn wat men nu noemt "naar de voorstelling": hardlopen, St. Nicolaas, vakantie, regen en dergelijke.
Lienaux, Fernand
Het toegepast rationeel tekenen
Mimosa, Antwerpen (52 blz)
Dit boekje bevat deel 3 van de pedagogische verzameling voor het tekenonderwijs, de "Nieuwe methode" van Lienaux, inspecteur van het tekenonderwijs in België. Voor de bovenbouw van de basisschool en onderbouw VO. Voorloper van de methode Het teekenen in opvoeding en onderwijs van Broeders.

Meijer, Anne-Ruth, Saskia de Vriendt
Beeldvaardig. Bouwen en wonen
Cantecleer, de Bilt 1997 (48 blz)
De titel is enigszins misleidend, want dit boekje uit de methode Beeldvaardig gaat vooral over handenarbeid, diverse materialen. Prima lesideeen. De lessen zijn geordend in drie groepen: bouwen op veel manieren, wat doet het, kijk op interieurs. De laatste serie is vooral beeldbeschouwen en tekenen. Bovenbouw basisonderwijs.
In de methode Beeldvaardig zijn tekenen en handvaardigheid (handenarbeid en textele werkvormen) geïntegreerd. Ook zijn er kunstkijklessen in opgenomen. De methode is afgestemd op de kerndoelen basisonderwijs van 1995.

Meilink, Ab
Tekenen en schilderen met kinderen
Muusses, Purmerend 1960 (60 blz)
Hulp voor ouders die met hun kinderen expressief bezig willen zijn.
Molkenboer, W.B.G.
Eenige bladzijden over het Natuurteekenen
Brinkman, Amsterdam 1877 (52 blz)
Na de tekst zijn nog reproducties van de 44 wandplaten opgenomen die bij deze methode (Het elementair teekenonderwijs) horen. Natuurtekenen is om te beginnen het leren tekenen van meetkundige figuren en lichamen en de verkorting ervan. Ijzerdraadmodellen, houten blokken, gipsafgietsels en dergelijke zijn materiaal in deze methode voor het elementair handtekenen op de HBS.
Perk, N.F.
Het nieuwe Hamburger Teekenonderwijs ingevoerd op de Scholen van Pruisen: Met aanhangsel bevattende de nieuwe Leerplannen voor Hoogere Scholen, Opleidingsscholen voor Onderwijzers en Volksscholen
Ten Brink, Meppel 1905 (112 blz)
Uitgaande van de opvatting dat de opvoedkundige waarde van tekenonderwijs verduidelijkt moet worden. "Teekenonderwijs op pedagogische gronden ontwikkelen in aansluiting op Fröbelonderwijs en naïef teekenen".
Het aanhangsel betreft scholen in Pruisen. De bijgevoegde afbeeldingen komen uit een boekje van Chr. Schwarz Neue Bahnen. geheel achteraan heeft uitgever Brink zijn catalogus van Reform tekenleermiddelen bijgevoegd.
Pieters, A.
Beeldende expressie in de praktijk
Wolters Noordhof, Groningen 1957 (236 blz)
De eerste honderd bladzijden bevatten de didactiek. Daarna volgen allerlei teken- en handenarbeidtechnieken. Een in vlotte taal geschreven boek.
Pijnenburg, H.
Leven, beleven, ontdekken
Onbekend, Helmond 1968
Zes deeltjes telt deze methode voor het basisonderwijs. Directe beleving en waarneming voor de aanvang van de tekenles of bij eerdere schoolse activiteiten zijn essentieel voor deze expressielessen. De lessen moeten in volgorde gedaan worden. De leraar moet lijn en richting aangeven waarlangs het kind moet gaan. De zes deeltje zijn echter niet naar leeftijd maar naar techniek geordend.
Rammers, J.M.
Teekenen op de katholieke lagere scholen
Malmberg, 's-Hertogenbosch 1931 (286 blz)
Handleiding. Hoofdstukken zijn Natuurteekenen, zwartbordteekenen, schaarkunst, plaatjesteekenen, wandplaatteekenen, illustreeren, vrij teekenen, liturgie en symboliek, kleurenleer, ontwerpen en omtrekmodellen. Alles doordrenkt van het "eigen beginsel". Bij de methode horen nog omtrekmodellen, tekenvoorbeelden en wandplaten
Rijkens, R.G.
Praktische handleiding voor de eerste beginselen der teekenkunde ten dienste van lagere scholen en huisgezinnen
Oomkens, Groningen 1824 (18 blz)
Gebaseerd op ideeën van Pestalozzi en vormleer. 18 Pagina's tekst die een goed beeld geven van hoe men toen over tekenen dacht en 84 met de hand gesneden afbeeldingen. Rijkens schreef ook: Practisch rekenboek
Ronda, Arent
Experimentele expressie
Lintel, Den Haag 1962
Röttger, E., D. Klante
Tekenen als creatief spel. Punt en lijn
Cantecleer, de Bilt 1960 (144 blz)
In dezelfde serie verschenen ook Het vlak en De kleur. In de serie Handenarbeid als creatief spel verschenen soortgelijke boekjes. Tekenen wordt geleerd door het begeleid leren spelen met de elementen punt en lijn. Met meer dan 500 afbeeldingen van tekeningen van kinderen van vier en ouder en van volwassenen.
Santen, Chr. van
Doen en zien (met een voorwoord van H van Haaren)
Den Haag 1969 (100 blz)
SPCA
Programma Beeldende Vorming lager onderwijs
Stedelijk Pedagogisch Centrum Antwerpen, Antwerpen 1991

Talens
Talens kleuroteek
Talens, Apeldoorn
Een kaartsysteem. Een plastic bak met geplastificeerde kaarten waarop naar technieken geordende lessen.

Tritten, G.
Kinderwerk
Samsom, Alphen aan den Rijn 1963 (168 blz)
Duidelijke en systematische voorlichting door materiaalbeschrijving en werkindeling. Talrijke opgaven bij allerlei teken-, schilder-, grafische en ook ruimtelijke technieken (handenarbeid). Bij elke opdracht een afbeelding.
Tröndle-Engel, A. en O.
Oog, word wakker! Eene bijdrage tot het teekenonderwijs op de lagere school
Thieme, Zutphen 1939 (170 blz)
Oefeningen voor leerlingen van zeven-elf jaar. Het leuke van dit boek zijn de uitgebreide gesprekken die de leraar voert met de leerlingen over de te maken tekeningen.
Ven, A.F.M. van de, A.W. Smith
Tekenonderwijs op de lagere school
Wolters, Groningen 1952
Van de Ven is voorstander van geleide expressie. Eerst moeten kinderen de techniek en de vormentaal waarin ze zich willen uiten min of meer beheersen. De methode geeft de leraar inzicht in tekenonderwijs en daarna voorbeelden van lessen. Deel 1, 2, 3
Vial, C.C.
Beeldend Vormen
Duwaer, Amsterdam 1969
Losse deeltjes, voor de basisschool. Later zes deeltjes in een band. Takkenwerk, bouwen met houtbord, "waardeloos materiaal", figuurzagen, vormen met papier. Elk deeltje bestaat uit een aantal uitgewerkte lessen voor een bepaalde techniek. Deel 1, 2, 3, 4, 5, 6
Vinck, Vera van der
Programma beeldende vorming lager onderwijs
Peeters, Antwerpen 1991 (55 blz)
Belgische brochure met onder andere de onderwerpen: Wat is beeldende vorming?, doelen, leerinhouden, organisatie van de lessen, onderwerpen, beschouwen, schoolwerkplan .
Wierink, B.W.
Naar de natuur terug. Volledige methode voor het teekenen naar vlakke voorwerpen
Ten Brink, Arnhem 1920 (118 blz)
Een methode die het probleem van de perspectief niet raakt omdat uitsluitend platte voorwerpen getekend worden: vlieger, waaier, kralensnoer, schaar, horloge, borddoek, letters, vlinders, bladvormen. Met gekleurde afbeeldingen naar litho's. De auteur schreef ook onder het pseudoniem Oom Ben.
Wilders, Nanne (red.)
Moet je doen, tekenen
Meulenhoff Educatief, Amsterdam 1997
Moet je doen, tekenen is een (deel van een) methode, bestaande uit Algemene inleiding, Handleidingen voor groep 1 en 2, 3,4,5,6,7,8 en 68 bijlagen in kleur en zwart-wit. Uitsluitend docentenmateriaal. Moet je doen, tekenen is onderdeel van Moet je doen, waarin eveneens Drama, Muziek, Handvaardigheid, Dans en Expressie voor kleuters zijn opgenomen.
Witzenburg, A.H.J. van, J.J. Huiskens
Teekenen in dienst van de practijk
Van Goor, Den Haag 1930 (80 blz)
De methode is gepland voor zeven deeltjes. Onduidelijk is of er meer dan drie verschenen zijn. De eerste twee klassen (groep 3,4) beoefenen natuurtekenen en naief tekenen. Het derde deeltje is bedoeld om te leren gedachten door een schets uit te drukken.
Zwier, W.G. Hzn., T. Jansma
Het teekenen naar vlakke figuren. Handleiding bij het voorbereidend teekenen en bij het teekenen naar de 125 wandplaten in kleur
Mijs, Tiel 1898 (370 blz)
Een lange titel en een groot aantal bladzijden. Het grote werk van Zwier en Jansma.Tekenen naar vlakke figuren moet aan het plaattekenen voorafgaan. De vierde en de vijfde druk (468 blz in de vijfde druk 1910) zijn nogal gewijzigd ten opzichte van de eerste. De titel werd nog langer. Het tekenonderwijs was in die tijd dan ook in beweging.